Hallo Marian,
Over reglements specifieke bepalingen kunnen wij meestal weinig aangeven.. dit omdat het er altijd maar aan ligt wat er in het specifieke reglement zit. Er zijn echter wel een aantal algemene bepalingen zoals;
- Uitkeringen vanuit de VUT recht worden over het algemeen gekort wanneer een deelnemer meer dan 100% van het laatst genoten salaris ontvangt. Oftewel, als de vut-uitkering (+ eventueel prepensioen) tezamen met de nevenverdiensten meer dan 100% dan het laatst genoten salaris is, wordt het VUT-recht gekort.
Een VUT-recht is een aanvulling op een prepensioen. VUT is in principe geen pensioen, en valt ook als zodanig niet onder de Pensioenwet. Een VUT recht is meestal gefinancierd vanuit een solidariteitspremie (oftewel, iedereen betaald ervoor, ook degene die geen recht hebben). De deelnemer bouwt dus zelf geen VUT rechten op.
Een VUT-recht wordt meestal gedefinieerd als een aanvulling tot een bepaald percentage van het loon. Wanneer een deelnemer vervolgens tezamen met overige inkomsten (zoals salaris) méér dan het betreffende loon gaat ontvangen, wordt er eigenlijk onrechtmatig gebruik gemaakt van het VUT-recht . Iemand gebruikt dit recht dan namelijk als inkomensaanvulling, en niet als inkomensvervanging.
Een prepensioen is doorgaans wel gefinancierd door de deelnemer zelf en wordt daarom doorgaans niet gekort wanneer er sprake is van een bovenmatigheid van de cumulatieve inkomsten.
Daarnaast speelt nog het korten op een uitkering in verband met het ontvangen van een WAO/WIA uitkering. Hierbij is het uitgangspunt dat een arbeidsongeschikte deelnemer niet beter mag worden van zijn situatie ten opzichte van een arbeidsgeschikte deelnemer. Anders zou het lonen om arbeidsongeschikt te zijn. Vandaar dat een eventuele WAO of WIA uitkering veelal gekort wordt op een pensioen uitkering.