Lees ik slecht?

  • Peter Jung

    Hallo,

    In artikel 2 lid 5 van de Wet Verevening Pensioenrechten bij scheiding staat letterlijk het volgende:

    Na ontvangst van het in het tweede lid bedoelde formulier verstrekt het uitvoeringsorgaan aan de

    tot verevening gerechtigde echtgenoot een bewijsstuk waaruit de tijdens het huwelijk opgebouwde

    aanspraak waarop de verevening zal worden gebaseerd blijkt

    alsmede de in het derde lid bedoelde ingangsdatum van de uitbetaling.

    De andere echtgenoot ontvangt daarvan een afschrift.

    'Waarop de verevening zal worden gebaseerd' . Een omschrijving in een Wet moet éénduidig zijn en

    niet voor tweerlei uitleg vatbaar. M.i. staat hier dat het niet gaat om de hoogte van het verevende pensioen,

    maar om de hoogte van het totale pensioen wat in aanmerking komt.

    Waarom deze vraag? Ik ben op zoek naar een stuk wetgeving waaruit blijkt dat wanneer partners nagelaten

    hebben de verevening via een verzekeraar te regelen, de meeverzekerde ex alsnog geinformeerd kan of

    dient te worden door een verzekeraar over de hoogte van het te verevenen pensioen

    Nu geven verzekeraars aan dat dat alleen geregeld kan worden via de ex. En het merendeel van deze

    exen werkt absoluut niet mee.

    Met vriendelijke groet,

    Peter

  • herman

    ik begrijp de vraag niet helemaal. wet en regelgeving zijn hier toch ook van toepassing en zijn de verzekeraars toch ook verplicht om aan die wet van boon om loon volgens de Hoge Raad.

  • E.Toes

    Helemaal eens met wat je zegt Peter! Sterker nog, ik ken geen uitvoerders die slechts de verevende aanspraken communiceren naar de betrokken partijen. M.i. moet de totale opgebouwde aanspraak in de brief staan, met daarin de mate van verdeling. (de fondsen waar mijn pensioenuitvoerder voor werkt doet het ook zo)

    (Herman, Boon,-Van Loon is geen wetgeving, maar jurisprudentie. de Wet Verevening is wel gebaseerd op dit arrest maar heeft wel flink wat verschillen. Boon,- Van Loon is ook niet meer van toepassing)

  • Peter Jung

    Emile,

    Ik ben nog steeds op zoek naar een wapen, waarmee een verzekeraar gedwongen kan worden een

    opgave te verstrekken van de totale opgebouwde aanspraak, gedurende de huwelijkse periode,

    aan de meeverzekerde ex, als beiden nagelaten hebben verevening aan te vragen binnen de daarvoor gestelde termijn.

    Wanneer de meeverzekerde ex na de termijn van twee jaar de verzekeraar verzoekt een opgave

    te verstrekken verwijst de verzekeraar de ex naar de verzekerde.

    In het geval waarmee ik bezig ben heeft de meeverzekerde partner wel het bekende formulier opgestuurd met daaraan

    gehecht een afschrift van het convenant, maar is de gemaakte afspraak dusdanig afwijkend dat deze door de

    verzekeraar niet uitgevoerd kan worden.

    De verzekeraar of liever gezegd een grote Stichting Pensioenfonds weigerde toen een opgave te verstrekken van

    de totale opgebouwde aanspraak gedurende de huwelijkse periode.

    En nu opnieuw ondanks een verwijzing naar atikel 2 lid 5.

    Kan het Pensioenfonds alsnog gedwongen worden of moeten er andere wegen bewandeld worden en zo ja welke?

    Met vriendelijke groet,

    Peter

  • E.Toes

    Ja, dat kan nog wel eens lastig worden…

    De Wet voorziet wel in informatieverschaffing wanneer het formulier tijdig is toegestuurd, ik kan alleen niets vinden over informatieverschaffing over het OP wanneer het formulier niet tijdig is toegestuurd. Juridisch gezien zijn de beide partijen niets meer van elkaar, dus opzich mag het fonds geen informatie verstrekken over het ouderdomspensioen van de hoofdverzekerde aan de gewezen partner. Dit is duidelijk een tekortkoming in de wet, aangezien de gewezen partner nu volledig is aangewezen op zijn of haar ex-partner, en daarbij komt het inderdaad vaak voor dat die niet echt mee werken.

    Ik begrijp dat het formulier niet tijdig is ingestuurd, en dat er afspraken gemaakt zijn in het convenant die de verzekeraar ook niet wil of kan nakomen.

    Dan kan het erg lastig worden, de wet staat aan de kant van de uitvoerder… artikel 2, lid 5 geeft aan dat inderdaad de totale aanspraak gecommuniceerd moet worden, maar dit artikel gaat er dan wel vanuit dat het formulier tijdig is ingestuurd door 1 van de partijen.

    Ik heb ook wel een aantal keer een verzoek tot verevening ontvangen dat niet binnen de tijd ingestuurd was, wij stuurden dan echter wel een brief met de aanspraken maar gaven ook aan dat wij niet betalingsplichtig waren.

    Wellicht kan de ombudsman Pensioenen uitkomst bieden, de verzekeraar moet inzien dat zijn handelen op dit moment de zaken niet bepaald makkelijker maken voor de partijen.

  • Peter Jung

    Emile,

    De eerste keer was tijdig. De Stichting Pensioenfonds ‘x’ heeft toen aangegeven

    de verevening niet te kunnen uitvoeren vanwege de complexheid.

    Peter

  • E.Toes

    Is artikel 4, lid 2 van de Wet Verevening dan ook niet van toepassing op de eerste keer dat de scheiding gemeld werd (en ook binnen 2 jaar gemeld werd) ?

    art.4, lid2:

    Mits de echtgenoten binnen twee jaar na het tijdstip van scheiding een gewaarmerkt afschrift of uittreksel van de in het eerste lid bedoelde overeenkomst aan het uitvoeringsorgaan hebben overgelegd, is het uitvoeringsorgaan gebonden aan hetgeen door de echtgenoten is overeengekomen doch slechts voor wat betreft de periode gelegen na ontvangst van het afschrift of uittreksel van de overeenkomst. Indien de echtgenoten zulks nalaten kan deze overeenkomst niet aan het uitvoeringsorgaan worden tegengeworpen, zelfs indien de overeenkomst ingeschreven was in het openbaar huwelijksgoederenregister bedoeld in artikel 116, Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

    Kan mij overigens niet voorstellen dat een verzoek tot verevening, die afwijkend is van de standaardverdeling, te complex is om te berekenen.. maar dat is weer een andere discussie.

    De situatie is dus:

    eerste keer echtscheiding vermeld, binnen het termijn –> te complex voor uitvoerder

    .

    tweede keer echtscheiding vermeld, niet binnen termijn –> uitvoerder weigerd mee te werken

    M.i. zegt de wet simpelweg dat de uitvoerder verplicht is om mee te werken wanneer het verzoek tijdig gedaan is. Dit is ook gebeurt in deze, echter waren er enkele details die nog uitgewerkt moesten worden.

    Lijkt mij dat de uitvoerder in deze niet goed begrijpt wat er aan de hand is, of gewoon de makkelijke weg kiest en zich beroept verjaring van het 2 jaren termijn terwijl dit technisch niet het geval is.

    Je kan de uitvoerder echter moeilijk dwingen om mee te werken, ik zou in deze situatie dan ook de Ombudsman Pensioenen erbij halen. Wellicht zorgt hij voor het juiste gewicht in de strijd.

  • Jan Zwiers (Buro Zwiers)

    Beste Peter,

    Wellicht is het nog een ingang om te kijken naar de teozegging omtrent het nabestaandenpensioen. Bij ingang van de pensioen had er bij een toezegghing van OP en NP (na 65) twee handtekeningen gezet moeten worden onder de aanvraag. Misschien is dit niet gebeurd en heeft de maatschappij iets geaccepteerd dat niet had gemogen. Afdwingen van medewerking gaat dan wellicht makkelijker. Voor leggen aan de ombudsman (zoals E. Toes voor stelt) lijkt mij verstandig.

    Met vriendelijke groet,

    Jan Zwiers.

  • Peter Jung

    Jan,

    Op zich klopt dat. Het lijkt me alleen dat je twee discussies met elkaar verward.

    Dit hoort eerder thuis bij de discussie ‘Gepensioneerde keert verevening niet uit’.

    In deze situatie is nog geen sprake van pensioeningang.

    Overigens staat de ex in die situatie m.i. buiten spel.

    Als scheiding plaatsvindt voor de pensioendatum is de medeverzekerde van de polis verwijderd.

    Het Bijzonder Nabestaandenpensioen wordt veelal apart gezet.

    En het is dan toch niet zo dat de ex in die situatie moet meetekenen.

    Met vrgrt,

    Peter

  • Jan Zwiers (Buro Zwiers)

    Beste Peter,

    Dat was mij inderdaad niet duidelijk.

    Met vriendelijke groet,

    Jan Zwiers.