vroegpensioen tekort
Geachte heer,
In kort de feiten; vorig jaar werd ik door een van onze collega’s benaderd i.v.m. een vroegpensioen tekort tengevolge van de WAO herkeuring.
Bij vergelijking van de pensioen informatie van PMT met die van zijn collega leeftijdsgenoot en werkmakker met gelijke dienstjaren bleek de betreffende persoon maandelijks qua vroegpensioen 300 euro minder te beuren.
Historie:
Begin jaren negentig kampt de heer W met ernstige rugproblemen, na enkele medische ingrepen is al snel duidelijk dat W zijn beroep als fotolasser niet langer kan uitoefenen.
Door bemiddeling van het UVW wordt met de werkgever afgesproken dat W, in aangepaste functie binnen het bedrijf, bij een 38 uren werkweek een loonwaarde heeft van 23 uur.
Volgens de WAO en de WIA heeft W recht op een uitkering gerelateerd aan het afkeuringpercentage, deze worden rechtstreeks overgemaakt aan werkgever en W ontvangt een volledig loon.
In verband met zijn afkeuringpercentage staat W bij Pensioen Metaal & Techniek geregistreerd met een dienstverband van 23 uur per week en hoeft over het afkeuringpercentage geen pensioenpremie te betalen, dit is niet van invloed voor de opbouw van zijn bedrijfspensioen.
Voor het vroegpensioen echter ging/gaat men er (vooralsnog) van uit dat dit voor de loonwaarde van een 23 uren werkweek werd/wordt opgebouwd, en tezamen met de WAO uitkering W voorzag van een volledig vroegpensioen.
Ware het niet dat W zich tijdens zijn WAO periode administratief heeft bekwaamt, en dientengevolge een functie binnen het bedrijf heeft gekregen, waarbij zijn lichamelijke beperkingen niet of minimaal van invloed zijn op zijn loonwaarde. Na een proefperiode besloot W die geen oneigenlijk gebruik van de WAO wilde maken, bij de een herkeuring aan te geven dat zijn lichamelijke ongemakken in die mate geen beperking vormden voor het uitoefenen zijn huidige functie.
Realiteit:
De heer W, momenteel 59,5 jaar oud, heeft wegens stopzetting van de WAO per maand een vroegpensioen tekort van 300 euro, en is genoodzaakt om, met de huidige en waarschijnlijk toekomstige lichamelijke ongemakken, door te werken tot zijn 65e.
Tijdens de vluchtige beschouwing van deze problematiek op 21 september is terecht geconcludeerd dat dit geen op zichzelf staande situatie is en er ongetwijfeld meerdere gedupeerden zijn die zoals W bij het benoemen van dit onrecht van het kastje naar de muur worden gestuurd.
In de overtuiging dat ieder weldenkend medemens deze situatie als absurd ervaart,
verblijf ik in afwachting van uw reactie,
met vriendelijke groet